Varen rondom Landeck zomer 2004

Na een weekje relaxen aan de Noguera Pallaresa in Spanje en twee weken Durance vallei hebben Saskia en ik nog een afspraak in Landeck. Daar komen  Rob Snel, Eef en diverse consorten samen om het water rondom Landeck onveilig te maken. Zaterdagochtend verlaten we de rust van camping La Cabane en crossen dwars door noord Itali naar Oostenrijk. 'smiddags laat komen we aan op Sport camp Tirol in Landeck.

De schrik slaat ons om het hart, onze gezichten trekken botox-strak... Na drie weken rust, lekker camperen in het bos langs de Durance worden we wreed verrast door de hoogzomer drukte van een Oostenrijkse kanocamping.

Kanovaarders en motorrijders staan scheerlijn aan scheerlijn, loze ruimte wordt gevuld door partytenten en bierbanken. Het "ik wil hier weg" straalt er bij ons beiden aan alle kanten af. 

Met strakke koppies zetten we onze tent op in de speeltuin van twee nederlandse gezinnen met 10+ kinderen.  Als wij die avond moe van de reis om 11 uur in ons nest liggen, zijn de buurkoters nog vrolijk bezig. 

De volgende dag vertrekken wat campinggasten en kunnen we onze tent langs de waterkant zetten. Het geruis van de Sanna dempt alle vocale inbreuken in ons verwende gehoor. En uiteindelijk, eenmaal gewend weer onder de mensen te zijn, valt het best wel mee.

De volgende dag is de gehele groep compleet en gaan we (Rob, Eef, Koenraad, Dick, Menno, Sas, Geoffrey en Leon) invaren op de Trisanna. 

Deze staat aanmerkelijk lager dan in het voorjaar en we besluiten nog onder Kappl in te stappen. Daarboven wordt het krabben. We hebben ons weer laten verassen door het heldere water, de Trisanna heeft voldoende water en rustig spelen we naar beneden.

De Vogelsag stufen bij Labebene zijn nu een stuk onschuldiger dan in het voorjaar toen we met de kanoclub hier toch wel wat brokken maakten. In tegenstelling tot de denderende WW 4 passage met 4 of 5 walzen achter elkaar, is het nu een technische 3+ waar je heerlijk van keerwater tot keerwater kan hoppen.

Dan zijn we bijna bij het einde. Voor ons liggen de Seestufen, 400 meter WW 4, als het hoog water is zelfs iets meer dan dat. de Eerste 190 en laatste 190 meter leveren weinig problemen op. Doordat we weinig water hebben is alles goed te overzien, worden keerwaters eenvoudig gehaald en komen we op controle naar beneden. Alleen het grootste en smerigste verval in het midden kun je, ook bij deze lagere waterstand, niet goed overzien.

In het voorjaar zijn we vlak voor de Seestufen uitgestapt. Ten heb ik het middelste verval goed verkend en weet dat er midden in de hoofdstroom, links een groot bolk ligt. Vaar je het verval midden door, dan wordt je tegen het blok gezet, eventueel klem gedrukt, minimaal op de kop gesmeten.

Rob en ik komen als eerste in het keerwater voor het verval aan, even een korte blik en ik roep naar Rob "Ik ga vast, hou me even in de gaten, dan ga ik verderop fotograferen en filmen". En weg ben ik. De hoofdstroom in richting het verval aan de linker kant van de rivier, middenin de passage houdt ik scherp rechts aan en voor het blok langs vaar ik naar beneden.

Het is echter zo snel gegaan, dat Rob niet goed heeft kunnen kijken hoe ik nu precies gevaren heb. Voor de anderen is het dus een verrassing.  

Een flink eind verderop ga ik klaar zitten met camera en video. Dick en Rob komen er soepel en netjes vanaf. Leon vaart echter midden op het blok af en wordt er zijdelings voor omgeslagen. Op de kop vaart hij dezelfde bocht naar echts als wij. Zijn rol zit goed en nog nasteunend dendert hij de rest van de passages af.

Saskia, Eef en Koenraad houden het, nadat ze Leon hebben zien verdwijnen, voor gezien, ze dragen over.

Geoffrey vaart wel, met zijn grotere boot heeft hij duidelijk minder last van de kracht van het water. Zijn boot blijft gewoon op het water liggen.

De Seestufen blijven een mooi stukje wild water, ook bij een lagere waterstand.

Maandag gaan Sas en ik het Kaunertal omhoog fietsen, naar de gletsjer op 2750 meter. Een schitterende, maar zware tocht. 

Af en toe kunnen we zien wat een mooie sloot de Kaunerbach was geweest zonder stuwmeer.

Dinsdag gaan we aeerst kijken bij de benedenloop van de Pitzbach. Die heeft geen water. De sluiswachter is, telefonisch, niet te overreden om speciaal voor ons een aantal kuubs los te laten. 

We verkassen een dal verder, naar de beneden tz. Die heeft meer dan genoeg water, het is tenslotte hartje zomer en 30 graden. Het grijze gletscherwater dendert in een sneltreinvaart voorbij. De beneden tz staat te boek als een denderende WW IV bij hoog water. Saskia en Eef hebben het duidelijk niet op Dender-water begrepen. Het gaat hun een maatje te hart.

Ik besluit dat Sas Eef en ik de Imster Schlucht gaan varen en dat we de rest van de groep bij de monding van de tz wel tegen komen. Het is even balen want ik heb de beneden tz nog nooit gevaren maar om nu zonder Sas en Eef te gaan varen, dat is het nu ook weer niet. Die beneden Otz komt in het najaar wel aan de beurt.

Uiteindelijk wachten wij, nadat we een uur later zijn ingestapt dan de anderen, een half uur bij de monding van de tz en besluiten dan maar door te varen naar het eindpunt in Silz. Bij de rodeo wals wachten we op Rob en consorten. In de rodeo golf laat een surfer zien hoe je erin komt. Via een trapje klimt hij langs de brugpeiler omlaag, klimt op een ponton en trekt zich aan een kabel die hij vanaf de brugleuning heeft gespannen, de golf in. Daar surft hij dan een paar minuten waarna hij eruit spoelt, 200 meter verder aan land komt en daarna het gehele ritueel herhaalt. Je moet het er maar voor over hebben.

Tegen 5 uur komt de andere groep aan. Het blijkt dat Leon na de eerste kilometer de pijp aan Maarten heeft gegeven, het ging hem toch ook een maatje te hard. Daardoor hebben ze veel vertraging opgelopen.

Over de Imster Schlucht moeten we het maar niet hebben. Daar was niet zo heel veel aan. Weinig echt mooie surfplekken.

Woensdag varen we de Sanna met laag water en donderdag, onze laatste dag, gaan Sas en ik een deel van de tztaler mountainbike route fietsen. Aan het einde van de middag willen we echter nog wel gaan kijken of de Landecker Schlucht gevaren kan worden. 'sochtends staat hij altijd droog maar na drien loopt het stuwmeer blijkbaar over waardoor er een enorme berg water door Landeck schuift. Wa fietsen dus een kort stuk van de route en beginnen in tz. De route is perfect aangegeven en loopt meestal door de weilanden en langs de hellingen langs de tz. Regelmatig hebben we schitterend uitzicht op de ruige stukken van de tz.

Aanloop naar de Zwischenbrücke strecke

Hoog vanaf de kant uitkijkend op de achtstürzer

Rond 15.30 zijn we netjes op tijd terug om met de rest de Landecker Schlucht te varen. Dit is een absolute aanrader bij hoog water. Groot open, mooie  surfgolven, een paar vette walzen, voor ons was het players-paradise!

Ubbo

Rob, met veel old-school trophy moves

Dick

En behalve spelen, spelen, spelen en nog eens spelen, zitten er ook een paar stevige WW IV "groot water passages". Niks technisch, geen stenen, gewoon grote golven, gaten snelheid en druk op het water. Heerlijk varen dus. Dit is het ideale dag-toetje als je de hele dag technisch gepield hebt of hebt zitten zweten in een kloof van de tz.

Uiteindelijk was ook dit een heerlijke week, eindelijk de Landecker Schlucht gevaren en ook hier weer mooi weer. Alhoewel... in de avonduren wilde er wel eens een onweersbuitje voorbij komen. Met alle gevolgen voor de kookplanning...

Onder dit afdak koken? Dat lukt dus niet. Dan maar onder het afdak van de houtzagerij:

Als eenmaal alle spullen daar staan, stopt het met regenen en Koken we toch maar voor de tent.

Flubber